Openingstijden

Maandag: 08.00 - 18.00
Dinsdag: 08.00 - 18.00
Woensdag: 08.00 - 18.00
Donderdag: 08.00 - 18.00
Vrijdag: 08.00 - 18.00
Zaterdag: 10 - 14

Openingstijden

Maandag: 08.00 - 18.00
Dinsdag: 08.00 - 18.00
Woensdag: 08.00 - 18.00
Donderdag: 08.00 - 18.00
Vrijdag: 08.00 - 18.00
Zaterdag: 10 - 14

Adresgegevens

Breestraat 74
2311 CS Leiden

Tel: 071-5120552
E-mail: info@centraalapotheekleiden.nl

Terug naar overzicht

Medische Encyclopedie

Inhoud

celiprolol

Celiprolol behoort tot de bètablokkers. Het verlaagt de bloeddruk, vertraagt de hartslag en vermindert de zuurstofbehoefte van het hart.

Artsen schrijven het voor bij een hoge bloeddruk en hartkramp (angina pectoris).

Wat doet celiprolol en waarbij gebruik ik het?

Hoge bloeddruk

Verschijnselen
Mensen met een hoge bloeddruk voelen hier in het algemeen niets van. Hoge bloeddruk is ook geen ziekte, maar geeft meer kans op hart- en vaatziekten.

Als de bloeddruk verhoogd is, stroomt het bloed te krachtig door de vaten. Dit is schadelijk voor de bloedvaten. Beschadigde bloedvaten geven kans op een beroerte (herseninfarct of hersenbloeding) en ernstige hartziekten, zoals hartkramp en hartfalen.

Werking
Bètablokkers vertragen de hartslag zodat het hart rustiger pompt. Hierdoor daalt de bloeddruk en is er minder kans op een beroerte.

Bij hoge bloeddruk schrijven artsen bètablokkers meestal voor in combinatie met andere medicijnen, zoals plastabletten. In eerste instantie schrijft de arts als bètablokker metoprolol voor, omdat dit middel minder bijwerkingen heeft en in onderzoek het effectiefst is gebleken. Als metoprolol niet werkt of niet kan worden gebruikt, kan de arts celiprolol voorschrijven.

Effect
Na drie tot zes weken is het volledige effect van dit middel bereikt. Zelf merkt u hier niet veel van. U weet pas of het werkt bij een meting van uw bloeddruk. Toch is het belangrijk om celiprolol elke dag in te nemen. Alleen dan kan celiprolol de hart- en bloedvaten optimaal beschermen.

Lees meer over hoge bloeddruk . “

Angina pectoris

Verschijnselen
Angina pectoris (hartkramp) is een hartaandoening met aanvallen van pijn of een beklemmend gevoel op de borst. Deze pijn kan uitstralen naar de arm, kaak, hals of schouder. De pijn ontstaat vooral op momenten dat het hart harder moet gaan werken: bijvoorbeeld bij inspanning, stress, emoties, een zware maaltijd of bij de overgang van warmte naar kou.

Oorzaak
De belangrijkste oorzaak van angina pectoris is een vernauwing van de bloedvaten die het hart van bloed voorzien (de kransslagaderen). Hierdoor komt er minder bloed naar de hartspier, dus ook minder zuurstof. Dit zuurstofgebrek veroorzaakt de klachten.

Werking 
Als u meer dan twee aanvallen van hartkramp per week heeft, schrijft uw arts meestal een bètablokker voor, zoals metoprolol of atenolol. Als deze niet werken of nit kunnen worden gebruikt, kan de arts celiprolol voorschrijven. Dit medicijn brengt de snelheid en de kracht waarmee het hart klopt terug tot een aanvaardbaar niveau. Het hart heeft dan minder zuurstof nodig. Dit vermindert de kans op een angina pectoris-aanval.

De werking begint binnen 2 uur na inname en houdt ongeveer 24 uur aan. Het effect merkt u doordat u minder last heeft van pijn op de borst, bijvoorbeeld bij het traplopen. Dit betekent echter niet dat u meteen meer inspannende activiteiten mag gaan doen. Uw lichaam moet hier weer langzaam aan wennen. Overleg hierover met uw arts.

Lees meer over angina pectoris . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken, buikpijn of zeer zelden diarree

    Deze bijwerkingen treden vooral in het begin van de behandeling op.

  • Droge mond doordat u minder speeksel aanmaakt

    Hierdoor kunnen zich eerder gaatjes in uw gebit ontwikkelen. Poets en flos daarom extra goed als u merkt dat u last heeft van een droge mond. Laat eventueel de tandarts vaker uw gebit controleren. U kunt de aanmaak van speeksel stimuleren met (suikervrije) kauwgom of door te zuigen op ijsblokjes.

  • Duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd, vooral bij opstaan uit bed of uit een stoel

    Dit gaat in het algemeen over als uw lichaam zich heeft ingesteld op de lagere bloeddruk (binnen enkele dagen tot weken). Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt dan het best even liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen.

    Heeft u de ziekte van Parkinson? Dan kunt u sneller last krijgen van deze bijwerking. Neem contact op met uw arts als u dit merkt. Mogelijk kunt u overstappen op een ander medicijn.

  • Vermoeidheid en hoofdpijn

  • Beven en trillen

  • Slaperigheid en zeer zelden slapeloosheid of nachtmerries

  • Depressiviteit en zeer zelden waandenkbeelden (hallucinaties)

    Neem contact op met uw arts, als u hier last van heeft.

  • Impotentie en minder zin in vrijen. Impotentie kan ontstaan door de lagere bloeddruk. Als u last heeft van deze bijwerking, vraag dan advies aan uw arts. Mogelijk moet de dosering aangepast worden, of is een ander medicijn meer geschikt voor u.

  • Zweten en opvliegers

  • Huiduitslag, jeuk en roodheid. Als u psoriasis heeft: u kunt meer last krijgen van deze aandoening. Neem contact op met uw arts als u last heeft van rode schilferende of glanzende plekken op de huid, beschadigingen van de huid, jeuk, putjes in de nagels en gewrichtsklachten.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Koude handen en voeten. Mensen met de ziekte van Raynaud kunnen meer last krijgen van koude vingers en tenen. Neem contact op met uw arts als deze bijwerking te veel last geeft.

    Koude handen en voeten ontstaan doordat de bloedvaten in de huid onvoldoende reageren op kou. Het kan zijn dat u hier last van blijft houden zolang u het medicijn slikt. Zorg voor voldoende bescherming tegen kou door warme kleding te dragen, zoals wanten en sokken.

  • Droge ogen en wazig zien. Mensen die contactlenzen dragen kunnen door celiprolol last krijgen van droge ogen. De contactlenzen kunnen dan eerder irriteren. Houd ze in dat geval minder lang in of gebruik bevochtigende oogdruppels (kunsttranen).

  • Spierkramp en gewrichtspijn. Als u de spierziekte myasthenia gravis heeft: u kunt meer last krijgen van deze aandoening. Neem contact op met uw arts als u dat merkt.

  • Als u het syndroom van Sjögren heeft, een aandoening waarbij de slijmvliezen van onder andere ogen en mond droger zijn dan normaal: u kunt meer klachten krijgen.

    Dit middel vermindert de aanmaak van traanvocht en speeksel. Neem contact op met uw arts als u meer last heeft van oogirritatie of een droge mond. Mogelijk is een ander middel geschikter.

  • Hartkloppingen en andere hartritmestoornissen. Heeft u de aangeboren hartafwijking Wolff-Parkinson-White-syndroom? U kunt meer hartritmestoornissen krijgen door dit medicijn. U mag dit medicijn alleen op voorschrift en onder controle van een cardioloog of internist gebruiken.

  • Als u diabetes heeft: u merkt minder snel dat u een te laag bloedglucose (hypo) heeft. Dit komt doordat celiprolol de hartkloppingen tegengaat die ontstaan bij een hypo. Controleer daarom vaker uw bloedglucose.

  • Benauwdheid of kortademigheid. Heeft u astma of COPD? U kunt meer last van benauwdheid krijgen. Als u dit merkt, neem dan contact op met uw arts. Mogelijk is een ander medicijn geschikter voor u.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik celiprolol gebruiken met andere medicijnen?

Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

  • Andere bloeddrukverlagende medicijnen. De bloeddruk kan te laag worden als u celiprolol samen met andere bloeddrukverlagers gaat gebruiken. Uw arts houdt hier rekening mee en zal in het begin een lagere dosering voorschrijven. Al naar gelang het effect zal de arts de dosis geleidelijk verhogen. Bij combinatie met de hartmedicijnen verapamil of diltiazem kan de hartslag trager en onregelmatiger worden. Uw arts zal in dit geval uw hartfunctie regelmatig controleren.
  • Pijnstillers van het NSAID-type, zoals ibuprofen, naproxen of diclofenac. Deze pijnstillers kunnen de werking van celiprolol bij hoge bloeddruk verminderen. Gebruikt u een pijnstiller van het NSAID-type langer dan twee weken en gebruikt u celiprolol voor een hoge bloeddruk? Dan zal uw bloeddruk extra gecontroleerd moeten worden. Neem hiervoor contact op met uw arts.
  • Bepaalde medicijnen voor een vergrote prostaat, namelijk de alfa-blokkers (alfuzosine, doxazosine en terazosine). Deze kunnen in het begin van de behandeling de bloeddruk verlagen en duizeligheid veroorzaken. Celiprolol versterkt deze bijwerking. Deze wisselwerking is alleen van belang de eerste dagen dat u met een alfa-blokker begint. U kunt de alfa-blokker de eerste keren het beste ’s avonds innemen, als u al op bed zit, voor het geval u duizelig wordt. Als u een alfa-blokker met vertraagde afgifte gebruikt, kunt u de volgende ochtend duizelig worden bij het opstaan. Dit is na enkele dagen over.
  • Medicijnen die het bloedsuiker verlagen, zoals insuline, tolbutamide, glibenclamide en glimepiride. Deze medicijnen worden gebruikt om het bloedsuiker te verminderen bij mensen met diabetes. Een te laag bloedsuiker noemen we een ‘hypo’. Wanneer u een bètablokker gebruikt, voelt u minder snel dat u een hypo heeft. Dat komt omdat de bètablokker de waarschuwende signalen, zoals trillen en hartkloppingen, onderdrukt. Andere verschijnselen, zoals zweten, wazig zien en hongergevoel, verdwijnen niet. Let daarom extra op deze laatste verschijnselen.
  • Adrenaline-injectie bij allergie. Celiprolol vermindert het effect van adrenaline. Dat kan gevaarlijk zijn bij ernstige allergische reacties waarbij een adrenaline-injectie nodig is om de bloeddruk weer goed te krijgen. Overleg hierover met uw arts als u af en toe een dergelijke injectie nodig heeft en uw arts wil u een bètablokker voorschrijven.
  • Rifampicine, een medicijn tegen onder andere tuberculose. De hoeveelheid celiprolol in het bloed neemt af. Hierdoor neemt de werking af. Uw arts zal uw hart vaker controleren. Neem contact op met uw arts als u meer last krijgt van pijn op de borst. Deze wisselwerking is alleen van belang als u celiprolol gebruikt bij hartkramp.

Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden?
De eerste dagen dat u celiprolol gebruikt, kunt u wat duizelig zijn. Dit komt doordat uw lichaam zich nog moet instellen op de lagere bloeddruk. Na enkele dagen is dat meestal weer over en is autorijden geen probleem. Indien u duizelig blijft of last heeft van wazig zien: neem dan geen deel aan het verkeer.

alcohol drinken?
Alcohol verwijdt de bloedvaten. Het kan daardoor in het begin van de behandeling de bijwerking duizeligheid versterken. Probeer het drinken van alcohol eerst met mate uit. U kunt dan zelf inschatten of u hier veel last van krijgt. In het algemeen is enkele keren per week een glas wijn geen probleem.

alles eten?
Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Overleg met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Wel is bekend dat bij gebruik in de laatste maanden van de zwangerschap, de baby last kan krijgen van ademhalingsproblemen, een te trage hartslag, lage bloeddruk, laag bloedsuiker en langzamer groeien. Overleg met uw arts. Mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander medicijn.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts of apotheker. Het is niet bekend of het in de moedermelk terechtkomt. Als het in de moedermelk komt, kan het bijwerkingen bij het kind geven. Misschien kunt u overstappen op een ander medicijn. Een medicijn waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Hoe?
Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.

Wanneer? 
Neem dit medicijn op een lege maag in. Alleen dan wordt het zo volledig mogelijk opgenomen in het lichaam. Het beste kunt u vaste tijdstippen kiezen, dan vergeet u minder snel een dosis.

Als u het één keer per dag gebruikt: bij voorkeur een halfuur voor het ontbijt. Als dat niet mogelijk is vanaf twee uur nadat u gegeten heeft. Bijvoorbeeld om tien uur ’s ochtends, als u om acht uur heeft ontbeten.

Hoe lang?

  • Hoge bloeddruk. Een behandeling voor hoge bloeddruk is meestal langdurig. Als dit medicijn goed bij u werkt, moet u dit medicijn waarschijnlijk uw leven lang gebruiken.
  • Hartkramp. Waarschijnlijk moet u dit medicijn langdurig gebruiken. Overleg dit met uw arts.